April / Mei 2011
- Blog van de 4e reis van Jolanda en de 2e reis van René naar de "parel van Afrika"
- Eerste bezoek aan Richard in Kenia, met Moses, John Happy en Rembo
- Reisgenoten: Jolanda, René, Judith, Jan en Christine
- Metgezellen: Connie
Under the shadow of your wings
Koninginnedag in Kenia.
14 uur rijden in een bus over een hobbelweg. Een perfect reisgezelschap. Rembo kan zijn ogen niet sluiten terwijl wij tussen de kuilen door een uiltje proberen te knappen. Dat valt niet mee en de spieren worden dan ook behoorlijk belast. Langzaam maar zeker zien we het landschap veranderen. De rode aarde vervaagt naar een gelig bruin, de vierkante huizen veranderen in lemen hutjes. Bananenbomen vervagen in een landschap van lichtgroen glanzend theeblad. Afrika. Door de regenbuien heen bekijken we de agave en mango bomen en komen we terecht in het landschap van de Lion King.
Bij de grens vullen we de benodigde formulieren in om Uganda uit te checken. Na een uurtje in de rij hebben we er weer een stempel bij en passeren we de Ugandese grens, lopend naar de Keniaanse Visa Desk. Weer een half uur later en 40 euro armer zijn we dan eindelijk in Kenia, met smart opgewacht door de bus, die inmiddels al drie kwartier over tijd is door de administratie voor de Muzungu’s. Dat weten we dan ook de rest van de rit, waarin de chauffeur zijn best doet om nog iets van zijn schema in te halen. Eenmaal bij het wisselpunt van Easy Coach, krijgt de chauffeur dit dan ook wel te horen en neem ik de schuld maar op me. Ik ben gelukkig zonder veroordeling rechtvaardig in dit land en de chauffeur kan er ook niets aan doen. De Keniaanse zon schijnt vandaag voor het laatst, schrijnend op onze inmiddels niet zo blanke huiden en we maken ons op voor nog een uur of 8 in de bus. Een deel van de reizigers heeft wat fastfood opgehaald en in de bus kopen we een aantal soda’s zodat we er voorlopig weer tegen kunnen. Met de lucht van chips chicken om ons heen vleien we ons weer in onze genadige situatie. We hebben gekozen voor de achterbank en hoewel de bus vol is zijn de vier stoelen voor ons nog altijd leeg zodat we met z’n vijven 9 plekjes hebben. Arise my love, we are destined to reign.
Als we eindelijk, met regen klotsend om de bus heen, Nairobi bereiken, worden we opgehaald door pastor Richard die ons meeneemt naar zijn huis, om ons nog even aan de familie voor te stellen. Stel je voor, na 14 uur wordt er niet veel meer gezegd. We drinken gezapig een fantaatje en maken in een paar woorden kennis met 2 kerkbestuurders en Richards vrouw, die we de komende dagen niet meer kunnen zien omdat ze morgen vertrekt.
Als muzungu is het wennen en echt in de rust komen om het tempo van Afrikanen te kunnen volgen. Zaten de eerste dagen mijn gedachten nog vol in de Europese flow, kan ik nu gelukkig al aardig meegaan met deze flow. Jolanda is volledig gewend, zit heerlijk te genieten van de stilte en nog altijd heb ik het idee dat een gesprek op gang gebracht moet worden. Ugandezen en Kenianen praten niet veel. Zitten veelvuldig in gedachten en wisselen in vloeiend Swahili en Luganda een paar weetjes uit. Het land van de eeuwige zon en de vroege nachten, waar je om negen uur ’s avonds al het idee hebt dat het half één ’s nachts is, kent een vroege ochtendstond en een gezapige middag. We wennen al en ik spreek de hoop uit dat ik dit tempo in Nederland nog een poosje vast kan houden – totdat we teruggaan, want dat staat wel vast. We voelen ons thuis in dit tempo, dit ritme, deze primaire leefstijl. Geen gejaag, 8 uur Sharp is half 10 of later. Afspraken kunnen opgevolgd worden maar niemand kijkt er van op als dat niet gebeurt. Toch is het leven zo veel simpeler dan dat wat wij gewend zijn. Stress om je koffie wel op tijd te krijgen, afspraken opgevolgd door afspraken en waarvoor doen we dat eigenlijk?
Jolanda en ik genieten samen met onze boys. Of we nu in de taxi zitten midden in de 250e traffic jam, met z’n allen aan het ontbijt, lekker in bed, op de bank in het hotel, in de kerkjes die we bezoeken, het heeft allemaal dimensie. Geen farmville, geen business, geen facebook, lekker genieten van elkaar. Uren in stilte of heerlijk lachend want lol hebben we met elkaar en voornamelijk over de contrasten tussen Afrika en Nederland. Probeer eens aan een afrikaan uit te leggen dat we in Nederland boeken verkopen waarin we 90 verschillende recepten voor eten hebben terwijl ze het hier dagelijks moeten doen met een combinatie van chapati, chips en chicken. Probeer eens uit te leggen dat mensen boeken kopen waarin 30 verschillende soorten koffie worden beschreven, dat je geld uitgeeft en daarvoor nog niet eens de koffie zelf kunt proeven maar er alleen over kunt lezen. In wezen is het ook zo, je wordt teruggeworpen naar onze belachelijke zogenaamde vooruitgang. Waarom een tuintje op internet bijhouden in farmville terwijl je in dezelfde tijd iets levends in de aarde tot stand kunt brengen. De tegenstellingen zijn zo extreem dat ze een continu stroom van lachbuien opwekken. We hebben het heerlijk zo. De vrijdag wordt in “having gezellig” doorgebracht. Rembo en Happy bezoeken de kleine winkeltjes die niet anders zijn dan in Uganda en bezoeken een kapper. Wij houden ons op in het hotel om uit te rusten van de vermoeiende reis en ons voor te bereiden aan een bezoek aan de kerk van Richard, voorafgegaan door een heerlijke late supper bij Cecile, die haar ziel en zaligheid legt in een overvloed van Keniaanse stoofpot met banaan en chapati. Koffie na voor mr Kawa (die naam achtervolgt me al vanaf het eerste moment in Uganda) en op naar de kerk waar een handvol mensen heeft plaatsgenomen om, geïntroduceerd door een blanke, zich te laten meevoeren in de genadige gospel of Grace.
De wegen van de Heer zijn ondoorgrondelijk maar zo mooi. Voor het eerst heb ik me voorbereid. Vorige week kreeg ik 1 corinten 12 en 13 door als onderwerp voor Kenia en na het diverse keren doorlezen van de Engelse teksten heb ik zelfs iets op papier gezet. De body of christ als basis voor ons bezoek, gevoed door zijn liefde, maar uiteraard kan je iets plannen, de geest leidt……..
Zo bijzonder dat ik er nog altijd niet bij kan. Er is al zoveel gebeurd waar je avonden getuigenis over zou kunnen geven, dat ik iedereen kan aanraden om deze afrikaanse rust eens te beproeven, waar je ook woont. Met de geest gevuld en de microfoon in de hand komt de rust over me en start ik met de vergelijken met Paulus en in plaats van 1 corinten 12 komt mijn volledige getuigenis van de ontmoeting en omarming van God in Jong en Vrij er uit. In combinatie met onze bezoeken in Afrika en de overgang van sponsorkinderen als foto’s aan de muur naar echte zoons waar we nu mee op reis zijn is de getuigenis er uit en de gemeente opgewarmd. Na het voorlezen van 2 stukjes body of christ moet ik stoppen, niet omdat dat opgedragen wordt maar iets zegt me te stoppen. Ik heb niet overlegd met Moses, alleen gevraagd of hij een preek heeft voorbereid. Dat heeft hij niet. Hij wil de Gospel of Grace brengen en de preek komt door de geest. Ik weet niet waarom ik stop maar heel mijn voorbereiding is voor niets geweest, dank u Jezus, blijkbaar is 1 corinten 13 voor de volgende keer. Ik overhandig de microfoon aan Moses, die een korte inleiding geeft en aan de gemeente vertelt dat hij wil vertellen over de liefde van Jezus. Hij vraagt of iemand weet waar dit in de bijbel staat ---- 1 corinten 13. Dank u Heer…………
In het hotel drinken we een biertje onder het genot van een halve kip met patat en bespreken we de planning voor morgen. Richard komt 8 sharp met ons ontbijten (het is inmiddels 10 uur terwijl ik dit schrijf, waar Richard is en of hij zijn plannen heeft gewijzigd weet niemand, Moses is weer fast asleep, Jolanda ligt een preekje Pastor Prince te kijken en de jongens zijn soevenirs aan het scoren) en voor vandaag staan 2 weeshuizen bezoeken op het programma. Dat is heel gaaf want het eerste weeshuis is een weeshuis voor wild. Dat moeten we uiteraard zien en ik ben heel blij dat Richard ook een toeristisch tripje op de agenda heeft gezet. Zullen we echt een baby leeuw kunnen vasthouden, met een baby olifant kunnen stoeien en de little big five gaan zien? We zullen het zien want in Afrika is niets zeker, alleen de rust.
Arise my love
Zomaar een donderdag in Uganda
Psalm 91
Mijn toevlucht, mijn schuilplaats, mijn Heer, ik vertrouw op u.
Knoertharde, overgemoduleerde muziek dendert uit de speakers als we de Jesus comes soon kerk binnenlopen. Tientallen mensen staan in aanbidding. De om 18:00 geplande kerkdienst is al een halfuur in worship mode. Met de boda-boda ben je zomaar een half uur verder om in Kampala een kilometer te reizen, wat op zich een aparte ervaring is, waar we inmiddels aardig aan gewend zijn.
Mijn dikke kont achter de steeds slankere kont van Jolanda, op een brommer met een bestuurder die daardoor boven op de tank rijdt, dwars door kuilen en over obstructies in de immer rood stof afgevende zijwegen van het drukke Kasubi, Kampala.
In de kerk worden we begroet door rijen glimmende tanden. De Geest is al aanwezig en we mogen Jezus door ons laten zien, een blessing voor de omgeving, zoals later mag blijken.
Simon, een gewezen straatjongen, opgegroeid met pastor Moses, heeft de Jesus comes soon kerk gestart in voor wat ons een echte sloppenwijk lijkt, maar dat lijkt het voor ons al snel. Mensen opgedoft in hun netste kleding, zittend op de standaard witte plastic stoelen, gapen de ruggen van de drie Muzungu (blanken) die met Moses zijn meegekomen aan terwijl Simon ons introduceert als een belofte van één natie, één volk, één boodschap.
Moses heeft zijn roeping van pastorschap een aantal jaren opgegeven om samen met anderen een weeshuis te starten en door te starten. In de jaren die volgden is hij al zijn oude vrienden verloren. Nadat hij via Nederland in contact kwam met de Gospel of Grace krijgt hij dagelijks telefoontjes van pastors uit Uganda, Kenia, Tanzania, Sudan en andere omringende landen om te komen preken, maar in zijn gebeden heeft hij God vaak gevraagd om een preekplaats – en wat je tong zegt, komt God ter oren en wordt bewaarheid.
Simon heeft hem benadert voor de openingsdienst maar uiteraard moeten ook wij eerst iets zeggen en de schroom voor de microfoon is in Gods handen, mijn worden zijn in Gods handen en mijn mond spreekt de Heilige Geest en verbindt in een mengelmoes van Luganda en Engels, zonder dat ik weet waar de woorden vandaan komen, een boodschap over de aanwezigen van binding, van verbroedering en van liefde van onze vader die geen grenzen kent. Blijkbaar duurt dit nogal lang want Moses is inmiddels weer gaan zitten maar als ik uiteindelijk de joelende zaal overdraag aan zijn preek is het hek van de dam. Tijd vliegt en de zaal is in laaiend enthousiasme over de “Better Wine” service die in anderhalf uur tijd de volledige Gospel of Grace in een notendop uitlegt. You are Accepted, Your Sins have Gone, Jesus did it, If you believe in Sin, you will die because Jesus already died for you……we kennen het verhaal en koesteren het maar hier slaat het in als een bom. De zaal barst uit haar voegen…Jesus we love you, thank you Jesus.
De aanwezigen komen niet meer tot bedaren en Simon spreekt uit dat door een zegening van zwarte en witte handen de grenzen voor altijd vervaagd zijn en we allen deel van zijn lichaam zijn, de rij mensen is oneindig en de Geest leidt ons, onze handen doordrenkt met anointing oil
Jezus u bent Goed
Pastor Moses is uitgenodigd om iedere donderdag deze boodschap in deze kerk te komen preken. Amina
Shamimu en meer....
De Heer voorziet en daar mogen we van genieten. Grace over Uganda en zolang we daarin door de Heer mogen meewerken zien we duidelijk dat blessing geven meer blessing genereert dan blessing ontvangen, hoewel dat laatste uiteraard ook heerlijk is.
Na de ondersteuning in huisvesting hebben we gezien dat Moses huis inmiddels is omgetoverd tot Grace Corner. De ontmoetingsplaats van ex-bulamu studenten. De plek waar hij de liefde van God kan tonen en waarin voor al deze jongens duidelijk is dat Zijn grootheid verder strekt dan iemand zich kan bedenken.
In dit huis is een engel gekomen, Een engel die mijn vlees een poosje in beroering heeft gebracht. Vanuit mijn vasthoudendheid aan middelen en financiele ongeloof dacht ik dat het niet mogelijk was om ook nog eens iets te doen met nog een sponsoring naar een meisje dat aan Moses is toegevoegd om te laten genezen, te voeden en een basis tot leven te geven,
In zijn straatje ligt op de hoek een huisje met een man een vrouw en een babytje, haar man heeft de opvoeding van een meisje opgenomen omdat zijn broer het meisje niet wil erkennen als zijn kind en de moeder van het meisje haar heeft afgestaan omdat ze er niet meer voor kon zorgen. Het gezin (waarvan de vader een keer per week langskomt, heeft amper genoeg heeft om zijn rond te komen en dit meisje liep dus de hele dag op straat, genegeerd door de buurt, overlevend en erg ziek. Moses heeft haar van de straat gehaald, gepraat met de oom en tante en haar mogen laten verzorgen in het ziekenhuis en wat een engel is het, Hij voedt haar, ze mag opgroeien in genade en na een dag vol overvloed wordt ze (hartverscheurend) teruggebracht naar haar oom en tante waar ze de nacht doorbrengt, Nu met een volle buik en blakend van gezondheid,
Als je ’s ochtends het laantje (Jesus Lane) oploopt komt ze met beide armpjes in de lucht naar je toe rennen voor een knuffel, ze is echt een weerspiegeling van Jezus, hoe klein ze ook is.
Afijn, Grace Corner kan geen Grace uitstralen op anderhalve houten stoel dus naar de winkels in Kampala. Man wat een rit. We hadden Moses met de bij ons beschikbare middelen een aantal zaken voorgelegd en uiteindelijk moest er over 2 zaken nog een keuze gemaakt worden. Of een bed of een bankstel. Niet eenvoudig. In verband met de ontvangst en de sociale omstandigheden en het ontmoetingspunt bleek een bankstel de voorkeur te verdienen dus het oude doorgezakte bed bleef over voor de toekomst maar uiteraard wist de Heer al beter.
Met de taxi naar Kampala naar een bankstellenerkoper. Met twee blanken naar binnen bleek al snel dat de prijzen die Moses eerder had opgevraagd inmiddels een factor 2 werden verhoogd dus dat was geen wijsheid. Moses zegt”kom we steken over”. Dat heeft ie wel eerder gedaan en toen spleet de hele zee, hier was het niet veel anders, In plaats van oversteken naar de andere kant van de straat moesten we de hele binnenstad van Kampala door op twee brommers, Jolanda achter Moses en ik apart, Ik schreeuw tegen haar “als ik je nu kwijtraak zie ik je nooit meer” want dit kun je niet beschrijven. Een miljoenenstad als een krioelende mierenhoop. Winkels die al hun waren aan de buitenkant hebben hangen, 5 verdiepingen jurken buiten aan de gevels. Honderden taxi’s, ik zal nog wel eens een foto toevoegen hoewel we niet als toeristen reizen dus niets meer dragen dan een broek, een shirt en een stapeltje geld in onze zak, dus geen cameras en dat soort dingen.
Uiteindelijk komen we via shortcuts, passages tussen straten van anderhalve meter breed, beide zeiden kleine winkeltjes, no power dus hier en daar belicht door een verkoper met een neonbuiszaklamp, vragend of we willen kopen, uit bij een meubelzaakje waar Jolan en ik doorlopen en in de volgende zaak quasi nonchalant wat over business en bankstellen gaan staan praten.
Uiteindelijk komt Moses terug en zegt dat hij gevonden heeft wat hij zocht, het bankstel, en noemt mij de prijs die ongeveer in lijn ligt met wat we hadden berekend. Maar, zegt hij erbij, dit is nu de prijs van het bankstel maar ik krijg er een bed bij dat minstens zo duur is als het bankstel. Dank u Jesus. Wat blijkt nu, de man, een Moslim, heeft huurachterstand en moet vandaag zijn landlord betalen. Met de komst van Moses heeft hij daardoor een noodzaak tot verkoop. Hij moet dus verkopen en zegt en passent tegen Moses, als je dit bankstel nu koopt en betaalt krijg je er een bed bij, dat heeft een Amerikaanse zakenman hier gekocht (voor meer dan de prijs van het bankstel) en toen moest hij direct terug naar Amerika dus ik heb het vrijwel voor niets teruggekocht. Haleluja, de man het geld voor de huur, wij een bed en een bankstel.
Maar dat samen met nog wat andere spulletjes vervoeren naar Jesus Alley valt nog niet mee. Transport is geregeld, geld getapt, spullen betaald en uitslaande rellen in Kampala. Moses heeft een afspraak gemaakt met pastor Anthony, net terug uit Tanzania die veel over ons heeft gehoord en ons graag wil zien. Pastor Anthony heeft via Moses en door Jong en Vrij gesponsorde boeken een jaar geleden kennis gemaakt met Jolanda en wil nu ook graag nog met ons praten. Dat komt goed uit omdat de rellen in verband met de hoge benzineprijzen en inflate, grote gevaren voor blanken kunnen inhouden, dus zitten wij aan de patat met koffie in een restaurant samen met Anthony lekker te lunchen zodat hij ons daarna kan terugbrengen naar het huis van Moses terwijl Moses het vervoer gaat regelen voor de spullen.
Een op zijn minst gezegd interessant gesprek. Mensen uit de omgeving van de kerk van Anthony, reborn christians, een kerk kunnen starten door medewerking van de Islamitische districtseigenaar in dit gebied, toezegging tot overname van uitbreidingsgrond, mensen die hem bellen met de mededeling dat ze aluminium kozijnen in China hebben gekocht en veel te veel hebben zodat de kerk volledig in echter ramen is gezet, alles betaald zonder Europese fondsen en aangedragen waarvoor al vooraf dankzegging was gedaan. Het mooiste verhaal is het feit dat in deze omgeving een sterke dominantie van één islamitische familie heerste op de plek waar Anthony een mogelijkheid ziet tot het bouwen van opvangst-accomodatie voor jeugd. Deze familie heeft zeggenschap over de grond en had een zoon die volledig (bezeten) afgedwaald was. Hij is door allerlei soorten Islamitische imams bezocht maar blijft in zijn eigen wereld hangen totdat de Heer hem via Anthony vrij zet, waarna hij zich laat dopen en de wereld voor hem open ligt
Anthony is uitgenodigd voor een bruiloft in Enschede. Hij is bezig met aanvraag van een visum en als dat gaat lukken zal hij tot de bruiloft daar blijven, uiteraard is hij daarna bij ons welkom en kijken we nu al uit naar zijn komst. Samen rijden we door een vredig Kampala terug naar huis.
Ziek en ver weg
Afijn, om een kort verhaal erg lang te maken, Judith is dus ziek en Moses is terug met de benzine terwijl Jolanda inmiddels al bij Judith moet zijn. Nadat we een waterflesje gebruikt hebben om de tank te vullen slaat de brommende motor weer aan en gaan we vol toeren op weg naar de benzine tank waar we maar opnieuw 20 liter tanken., Dat maakt inmiddels 160000 shilling (60 euro en dus ruim 50 liter) in drie dagen met weinig kilometers. Later blijkt dat de jongens van bulamu de hele middag aan het toeren zijn geweest met de auto.
Juut is rood van de koorts en Happy en Mike zijn bij haar, Joseph heeft al medicijnen gebracht tegen de diarree en een pilletje om haar maag te beschermen tegen de negatieve effecten van de medicijnen. Jolan belt hem om te vragen of hij zwaardere paracetamol heeft en vraagt aan Judith die in haar angst om te veel te slikken alleen de pil tegen de effecten van de medicijnen heeft geslikt en verder nog niets. Gelukkig gaat het een uurtje later een stuk beter.
Vandaag, paaszondag, voelt ze zich nog altijd ziek, het verhaal van de belangrijke mensen die vandaag op bulamu aanwezig zijn en het overvloedige eten en de soda;s betaald door Jan en Christine, komt misschien nog wel en anders was het een geweldige dag met mooi weer en veel optreden van diverse aard waarbij Jan en Christine door hun zoons in het zonnetje worden gezet.
Om vijf uur zetten we Juut in haar guesthouse af. De koorts is en stuk minder en ze is flink aan het spugen, gooi het er maar uit meisje, morgen weer een nieuwe dag. Vanavond nog even met Shamimu naar het ziekenhuis, die heeft zich letterlijk ziek gegeten en na een warm bad en een lekkere fles melk is ze nu het meisje weer, Nu op naar het avondmaal en dan Sula Bulungi. Slaap lekker.